Tegenhouden
Tegenhouden is een Nederlands werkwoord met meerdere verwante betekenissen. Het kan betekenen: iemand of iets weerhouden of hinderen zodat een handeling niet kan worden uitgevoerd, een proces vertragen of stoppen, of emoties, gemoedstoestanden of ademhaling bedwingen. Het wordt vaak gebruikt in zowel letterlijke als figuurlijke zin: zo kan de politie iemand tegenhouden, maar ook bezuinigingen kunnen economische groei tegenhouden.
Etymologie en grammatica: tegenhouden is opgebouwd uit het werkwoord houden met het voorzetsel tegen, wat “tegen”
Gebruik en nuances: tegenover elkaar staande betekenissen zijn onder meer stoppen of remmen (fysiek of figuurlijk),
- De politie hield de menigte tegen.
- De regen hield ons tegen om naar buiten te gaan.