Home

Relateren

Relateren is een Nederlands werkwoord met twee hoofdbetekenissen. Ten eerste kan relateren betekenen het vertellen of beschrijven van gebeurtenissen of feiten, vergelijkbaar met vertell en beschrijven. Bijvoorbeeld: de verslaggever kon de toedracht helder relateren. Deze betekenis komt vooral voor in journalistiek en geschiedschrijving; in alledaagse taal is vaak eenvoudiger te spreken van vertellen of beschrijven.

Ten tweede betekent relateren het leggen van een relatie tussen twee of meer zaken. In deze betekenis

Etymologie en geschiedenis: relateren komt uit het Franse relater, met oorsprong in het Latijnse relatus ‘berichten,

Zie ook: relatie, correlatie, relativeren, relay of rapporteren (discussie over verwantschappen). Het onderscheid tussen relateren (informatie

wordt
vaak
gezegd
dat
variabelen
of
feiten
aan
elkaar
gerelateerd
worden,
bijvoorbeeld
met
constructies
als
relateren
aan,
relateren
met
of
relaties
leggen
tussen.
Voorbeelden:
onderzoekers
relateren
de
stijging
van
een
gevolg
aan
factoren
zoals
leeftijd
en
leefstijl;
de
gegevens
relateren
met
elkaar
en
tonen
een
patroon.
In
wetenschappelijk
en
technisch
gebruik
komt
dit
sense
regelmatig
voor,
evenals
in
data-analyse
en
statistiek.
aangedragen’.
Door
verloop
van
taal
en
invloed
van
rapporteren
verspreidde
deze
betekenis
zich
in
het
Nederlands.
Naast
deze
hoofdbetrekkingen
kan
relateren
ook
in
bredere
zin
worden
gebruikt
als
synoniem
voor
rapporteren
of
aandragen
van
informatie,
zij
het
met
accent
op
de
koppeling
tussen
zaken
of
gebeurtenissen.
vertellen;
relaties
leggen)
en
verwante
termen
zoals
relativeren
(iets
in
een
bepaalde
relativiteit
plaatsen)
is
contextafhankelijk
en
vereist
aandacht
voor
nuance.