Medicatiegroepen

Medicatiegroepen is een term die verwijst naar categorieën waarin medicijnen worden ingedeeld op basis van gemeenschappelijke kenmerken, zoals werkingsmechanisme, therapeutische toepassing of chemische structuur. Deze indelingen helpen bij veilig voorschrijven, bij de communicatie tussen zorgverleners en patiënten, en bij de monitoring van geneesmiddelen in de gezondheidszorg.

Er bestaan verschillende classificatiesystemen. Een belangrijke scheiding is tussen farmacologische klassen (gebaseerd op het werkingsmechanisme) en therapeutische groepen (gebaseerd op het doel van de behandeling). Een internationaal gebruikte classificatie is de ATC-indeling (Anatomical Therapeutic Chemical). In ATC worden middelen gekoppeld aan een anatomische hoofdgroep, vervolgens aan een therapeutische hoofdgroep, daarna aan een farmacologische hoofdgroep en ten slotte aan chemische subgroepen.

Voorbeelden van farmacologische groepen zijn: analgetica (pijnstillers zoals NSAID’s en opioïden), geneesmiddelen tegen ontstekingen, antihypertensiva (bloeddrukverlagers), statines (cholesterolverlagers), antidiabetica, antidepressiva, antipsychotica, anxiolytica en antiepileptica. Therapeutische groepen omvatten onder meer antibiotica voor infecties, antimalariamiddelen, antikoagulantia en geneesmiddelen tegen ADHD of astma. Een medicijn kan in meerdere groepen passen afhankelijk van het gebruik.

Het gebruik van medicatiegroepen ondersteunt prudent gebruik en farmacovigilantie. Het helpt bij het kiezen van een geschikt middel, het signaleren van interacties, contra-indicaties en bijwerkingen, en bij de monitoring van resistentie bij antibiotica. Zorgvuldigheid en individuele afweging blijven essentieel bij voorschrijven en medicijngebruik.