Home

Lijndiagrammen

Lijndiagrammen zijn visuele representaties waarin relaties of processen tussen objecten worden weergegeven met lijnen die knopen verbinden. Ze dienen als hulpmiddel bij het begrijpen en berekenen van complexe systemen in wiskunde, natuurkunde en andere vakgebieden. In de natuurkunde, met name in de kwantumveldtheorie, worden ze vaak aangeduid als Feynman-diagrammen. Hier geven lijnen de propagatie van deeltjes weer en knopen interacties tussen deeltjes aan. Verschillende soorten lijnen staan voor verschillende soorten particellen: fermionlijnen met pijlen, bosonlijnen (bijvoorbeeld wiggle lijnen voor fotonen) en vaak gestreepte lijnen voor scalaren zoals het Higgs-partikel. Elk diagram komt overeen met een wiskundige term die volgens specifieke Feynman-regels wordt opgebouwd, en geeft een bijdrage aan de algehele kans op een proces. Bij de constructie van lijndiagrammen gelden conservatie­wetten (zoals momentum en quantumgetallen) bij elk knooppunt, en de berekeningen kunnen bestaan uit integralen over virtuele impulsen, soms met meerdere lussen.

Naast toepassingen in de fysica worden lijndiagrammen ook gebruikt in de wiskunde om netwerken en relaties

Historisch ontstonden en verspreidden lijndiagrammen zich in de late jaren 1940, met het werk van Richard Feynman

te
illustreren,
en
in
didactische
context
als
een
vereenvoudigde
weergave
van
interacties.
Zo
blijft
de
belangrijkste
functie
van
lijndiagrammen
het
bieden
van
een
compacte,
systematische
voorstelling
van
complexe
processen,
waarmee
stap
voor
stap
berekeningen
kunnen
worden
opgezet
en
gecontroleerd.
en
anderen,
en
sindsdien
zijn
ze
een
centraal
hulpmiddel
in
deeltjesfysica
en
onderwijs.