Brixschaal
De Brixschaal, in het Nederlands ook wel Brix genoemd, is een maat voor de concentratie van opgeloste suikers in een waterige oplossing. Een waarde van 1 °Bx betekent dat de oplossing 1 gram suiker bevat per 100 gram oplossing, bij de referentietemperatuur van ongeveer 20 graden Celsius. De schaal is vernoemd naar Adolf Brix, die in de 19e eeuw het concept ontwikkelde op basis van de refractieve index en densiteit van suikeroplossingen. Vandaag de dag wordt de maat het meest bepaald met een refractometer; minder gangbaar is het gebruik van een densiteitsmeting met een hydrometer, vooral voor vloeistoffen in de voedingsindustrie.
Toepassingen: De Brix-schaal is wijd verbreid in de wijnbouw, vruchtensappen, sirups en andere voedingsmiddelen. In de
Relatie met andere schalen: De Brix-schaal is nauw verwant aan de Balling- en Plato-schalen; ze verschillen minimaal
Beperkingen: Brix meet totale oplosbare vaste stoffen, niet uitsluitend suiker; andere opgeloste stoffen beïnvloeden de meting.