Home

zinssamenvoeging

Zinssamenvoeging is het proces waarbij twee of meer zinnen of hoofdzinnen worden verbonden tot één samengestelde zin. Het doel is om relaties tussen ideeën duidelijk te maken en de tekst vloeiender te laten lopen. In het Nederlands gebeurt dit op twee hoofdmanieren: nevenschikking en onderschikking.

Bij nevenschikking worden twee hoofdzinnen gelijkwaardig aan elkaar gekoppeld. Dit gebeurt met nevenschikkende voegwoorden zoals en,

Bij onderschikking wordt één zin ondergeschikt gemaakt aan een andere door een onderschikkend voegwoord zoals omdat,

Zinssamenvoeging kan ook zonder voegwoord voorkomen, bijvoorbeeld met een puntkomma of een dubbele punt: "Het regende;

maar,
of,
want,
dus,
of
soms
zonder
voegwoord;
de
zinnen
blijven
zelfstandig.
Voorbeelden:
"Het
regent
en
ik
blijf
binnen."
"Zij
studeert
hard,
dus
ze
behaalt
goede
cijfers."
"Hij
kwam
vroeg,
maar
vertrok
laat."
Deze
vorm
legt
nadruk
op
de
samenhang
van
twee
feiten
of
acties
die
naast
elkaar
bestaan.
terwijl,
toen,
als,
zodat,
hoewel.
Voorbeelden:
"Omdat
het
regent,
neem
ik
een
paraplu."
"Zij
glimlachte
terwijl
hij
sprak."
"Als
het
morgen
mooi
weer
is,
gaan
we
wandelen."
Dit
type
laat
zien
hoe
de
ene
zin
afhankelijk
is
van
de
andere
en
welke
relatie
ertussen
bestaat
(oorzaak,
tijd,
voorwaarde,
contrast,
enzovoort).
ik
bleef
thuis."
of
"Zij
werkte
hard:
ze
voltooide
het
project."
Het
gebruik
hangt
af
van
de
gewenste
nadruk,
de
leesbaarheid
en
de
stijl
van
de
tekst.