weefselstalen

Weefselstalen zijn kleine stukjes lichaamsweefsel verkregen voor diagnostisch of onderzoeksgebruik. Ze kunnen afkomstig zijn van biopsies of surgisch resecties, of via aspiratie. Biopten kunnen incisiebiopten (incisie), excisiebiopten (volledig weefsel) en kernnaaldbiopten; fijne- naald aspiratie (FNA) levert cellen en soms kleine stukjes weefsel op. De selectie van methode hangt af van locatie en suspicious pathologie.

Na afname worden weefselstalen meestal onmiddellijk gefixeerd in formaline en daarna in paraffin ingebed. Dunne sneden worden gemaakt en gekleurd, meestal met hematoxyline-eosine, om cellen en weefselarchitectuur te beoordelen. Voor moleculaire analyses of bepaalde immunohistochemische onderzoeken kunnen bevroren weefsels (fractie of blokken) nodig zijn, bewaard bij -80°C of in vloeibare stikstof.

Weefselstalen worden gebruikt om pathologische diagnoses te stellen, tumoraal type en grade te bepalen, ontstekings- of degeneratieve processen te identificeren, en voor onderzoek naar biomarkers, genetische afwijkingen en expressieprofielen. Immunohistochemie en moleculaire tests (bijv. PCR, sequencing) kunnen aanvullende informatie leveren over cellulaire oorsprong, mutaties en expressieprofielen.

Kwaliteit en veiligheid zijn cruciaal: correct labelen en documenteren (chain of custody), passende fixatie en minimalisatie van artefacten, en hantering volgens biosafety-richtlijnen om gezondheidsrisico's te beperken. Ethiek en privacy, inclusief geïnformeerde toestemming en anonimisering, zijn standaardaspecten van weefselafname en -gebruik.