verkeersmengsel

Verkeersmengsel is een begrip uit de verkeerskunde dat verwijst naar de gelijktijdige aanwezigheid en onderlinge interactie van verschillende vervoerswijzen op dezelfde infrastructuur. Het omvat gemotoriseerd verkeer zoals auto’s, vrachtwagens en bussen, en ongedemotoriseerd verkeer zoals fietsers en voetgangers, en in stedelijke context soms andere modaliteiten. Het benadrukt de heterogeniteit in snelheid, grootte, acceleratie en manoeuvreerbaarheid die samenkomen op een wegsegment zonder volledige scheiding tussen de modaliteiten.

Deze mix beïnvloedt verkeersdynamiek en veiligheid. Verschillen in snelheid en rijgedrag tussen modaliteiten leiden tot variatie in gewenst en feitelijk gedrag, wat de capaciteit verlaagt en de kans op conflicten vergroot. De waarneming en anticipatie van de weggebruiker verschillen per modaliteit en dragen bij aan frictie, zeker op kruispunten en in drukke stedelijke straten.

Beheer en ontwerp richten zich op het verminderen van risico’s en het verhogen van efficiëntie in gemengd verkeer. Maatregelen omvatten snelheidsbeperkingen zoals 30 km/u zones, verkeersdrempels en waar mogelijk gescheiden rijbanen of beschermde fietspaden, evenals kruispuntontwerpen die rekening houden met meerdere modaliteiten. Duidelijke bewegwijzering, handhaving en slimme signalsystemen ondersteunen veilige en vlottere interacties.

Modellering en evaluatie: gemengd verkeer wordt vaak onderzocht met microsimulaties en car-followingmodellen om capaciteit, reistijden en veiligheidsindicatoren te beoordelen. Metingen via camera’s, telpunten en GPS-gegevens ondersteunen beleid en ontwerp. Het begrip is vooral relevant in stedelijke netwerken en bij de ontwikkeling van multimodale, duurzame mobiliteit.