veertigdagentijd

Veertigdagentijd is de liturgische periode in vele westerse christelijke tradities die dient als voorbereiding op Pasen. De periode duurt ongeveer 40 dagen, beginnend op Aswoensdag en eindigend op Stille Zaterdag, de dag vóór Pasen. Bij het tellen van de dagen worden doorgaans zondagen niet meegerekend, omdat zij in het liturgische jaar als feestdagen gelden.

Tijdens deze periode richten gelovigen zich op onthouding, boete, gebed en liefdadigheid. Het doel is spirituele vernieuwing en morele ernst ter ondersteuning van de opstanding. De invulling hiervan varieert per denominatie en cultuur: katholieken benadrukken vaak vasten op Aswoensdag en Goede Vrijdag en onthouding van vlees op de vrijdagen van veertig dagen; protestantse en anglicaanse kerken leggen doorgaans meer nadruk op gebed, bijbelstudie en liefdadigheid.

De liturgische kleur is meestal paars, wat soberheid en berouw symboliseert. In veel kerken wordt het feestelijke vocale repertoire van de liturgie in deze periode beperkt; de ruimte voor vieringen wordt vaak ingetogener. De periode eindigt met Pasen, de viering van de opstanding.

Veertigdagentijd is een term die vooral in het Nederlandse taalgebied wordt gebruikt; wereldwijd bestaan vergelijkbare periodes onder verschillende namen. De exacte data variëren elk jaar doordat Pasen op een andere datum valt; Aswoensdag vindt meestal 46 dagen vóór Pasen plaats, waarbij de zondagen buiten beschouwing blijven.