schuimmateriaal

Schuimmateriaal is een materiaal met een celstructuur gevuld met gas, waardoor het een lage dichtheid heeft en vaak dempende, isolerende of drijvende eigenschappen biedt. De cellen kunnen open (open-cell) of gesloten (closed-cell) zijn; open-cell foams zijn meestal zachter en ademender, terwijl gesloten-cell foams vochtbestendiger en stijver kunnen zijn.

De belangrijkste typen zijn polyurethaan (PU), polystyreen (EPS en XPS) en polyethyleen (PE) foams. PU-schuim wordt veel gebruikt in meubelbekleding, matrassen en autointerieurs en ook voor bouwisolatie. EPS, oftewel ge-expandede polystyreen, is licht en goedkoop en veel toegepast in verpakkingen en isolatie; XPS (geïntegreerd polystyreen) heeft een hogere drukvastheid en vochtbestendigheid en wordt in isolatieprojecten gebruikt. PE-schuim is zacht tot stevig en wordt toegepast in verpakkingen en sport- en veiligheidsproducten. PVC-schuim komt eveneens voor in akoestische toepassingen en bekleding.

Productie gebeurt via foaming: PU-schuim ontstaat door een chemische reactie tussen polyol en isocyanaat met gasvorming; EPS wordt geproduceerd door het expanderen van polystyreenkorrels met stoom; XPS wordt geëxtrudeerd uit polystyreen met een blazend medium; PE-schuim kan geëxtrudeerd of geëxpandeerd worden. De celstructuur bepaalt eigenschappen zoals dichtheid, compressievermogen, warmte- en geluiddemping en wateropname.

Toepassingen omvatten bouw- en woningisolatie, verpakkingen, autostoelen en interieurpanelen, sport- en veiligheidsmaterialen en geluiddemping in gebouwen.

Milieu en veiligheid: productie is energie-intensief en end-of-life verwerking kan lastig zijn; recycling is mogelijk voor sommige typen via gespecialiseerde faciliteiten, maar veel schuimmaterialen eindigen als afval. Regelgeving over chemicaliën en brandveiligheid beïnvloedt productie en toepassing.

---