Home

raamwerktheorie

Raamwerktheorie, ook bekend als de raamwerkbenadering, is een interdisciplinaire theoretische benadering die wordt gebruikt om complexe systemen, processen of samenlevingen te analyseren door middel van abstracte structuurmodellen. De term komt oorspronkelijk uit de psychologie en sociologie, waar het werd toegepast op het begrijpen van hoe mensen informatie verwerken of sociale normen koesteren. In latere jaren heeft de theorie zich verspreid naar economie, informatietechnologie, organisatiekunde en milieu‑wetenschappen.

In de eerste fase werd raamwerken voornamelijk ingezet within de cognitieve psychologie, met name in de “cognitieve

Bekende voorvechters van de raamwerkbenadering zijn onder andere John W. Tukey, die de basis van data‑analyse‑frameworks

Critici wijzen op een te grote nadruk op abstractie, wat kan leiden tot over-simplificatie van reële processen.

schema‑theorie”,
om
te
illustreren
hoe
individuen
kennis
organiseren
en
competenties
openbaar
maken.
Met
de
opkomst
van
complexe
systemen
en
netwerken
verschuifde
het
gebruik
zich
naar
de
constructie
van
overzichtelijke
gestructureerde
modellen
die
groepen,
organisaties
of
zelfs
nationaal
beleid
kunnen
helpen
visualiseren.
Een
belangrijk
kenmerk
is
het
onderscheid
tussen
de
“bovenste”
abstractie
(de
hoofdelementen)
en
de
“onderliggende”
dynamische
interacties
die
deze
elementen
verbinden.
legde,
en
sociologisch
theoreticus
Anthony
Giddens,
die
het
concept
van
structuration
introduceerde.
Recentelijk
heeft
de
theorie
van
Systemic
Thinking
en
het
concept
van
SoFA‑framework
(Structure,
Function,
Activity)
versterkt
de
focus
op
feedbackloops
en
adaptieve
responsen.
Daarnaast
kan
de
afhankelijkheid
van
specifieke
aannames
binnen
een
raamwerk
de
reproduceerbaarheid
van
resultaten
ondermijnen.
Niettemin
blijft
de
raamwerktheorie
een
krachtig
instrument
voor
het
synthetiseren
van
kennis
en
het
sturen
van
beleidsvorming
in
steeds
complexer
wordende
maatschappelijke
omgevingen.