omgevingsvariabele
Een omgevingsvariabele is een dynamische variabele die door een besturingssysteem wordt toegewezen aan processen. Ze bevat informatie die de uitvoering van programma's beïnvloedt, zoals het pad naar uitvoerbare bestanden, taalinstellingen en tijdelijke directories.
Omgevingsvariabelen hebben meestal een bepaald bereik; ze kunnen per proces, per sessie of per gebruiker gelden
Veel gebruikte variabelen zijn PATH (pad naar uitvoerbare bestanden), HOME of USERPROFILE (thuisdirectory), LANG of LC_ALL
Om variabelen te lezen en aan te passen bestaan platformspecifieke syntaxis. Unix: VAR=value; export VAR; echo
Beveiliging: omgevingsvariabelen kunnen gevoelige informatie bevatten en zijn vaak zichtbaar voor aangeroepen processen en mogelijk logs.
Samenvatting: omgevingsvariabelen leveren een eenvoudige, platformonafhankelijke methode om runtimeconfiguratie door te geven aan programma's, met variërende