kanaalgrootte

Kanaalgrootte is een term die, afhankelijk van de context, verwijst naar de grootte of capaciteit van een kanaal waarlangs een stof, signaal of vloeistof kan passeren. Het begrip is contextafhankelijk en omvat zowel fysische afmetingen als functionele capaciteit.

In vloeistofdynamica en open kanaalstroming verwijst kanaalgrootte doorgaans naar de geometrie van de doorstroomopening: de doorsnedebreedte en -hoogte, of de hydraulische diameter D_h = 4A/P. Deze maat bepaalt stromingsweerstand, snelheidsprestaties en regime (laminar vs. turbulent). Het kanaalvorm (rechthoekig, rond) beïnvloedt wrijvingsfactor en stromingskarakteristieken.

In microfluidica en porieus media verwijst kanaalgrootte naar dimensionale kenmerken van micro- of nanoporen: afmetingen variëren van micrometers tot millimeters. De grootte bepaalt of de flow laminar is en of capillaire krachten dominant zijn. Fabricage en oppervlaktekwaliteit beïnvloeden transport en menging; veel kanalen worden gemaakt met lithografie, etsen of 3D-printen.

In telecommunicatie en signaalverwerking kan kanaalgrootte verwijzen naar de capaciteit of bandbreedte van een kanaal. Dit omvat de maximale frequentiebandbreedte die kan worden gebruikt en het aantal parallelle kanalen in multiplexing. De kanaalgrootte bepaalt mede de data-snelheid en wordt geanalyseerd met begrippen als Nyquist, Shannon en kanaalcapaciteit.

Metingen en toepassingen: geometrie van kanalen wordt gemeten met optische microscopie of profilometrie; flowkenmerken met tracer-tests, PIV of flowmetingen. In telecom gebeurt metingen via netwerk- en spectrale analyse.

Zie ook: hydraulische diameter, open kanaalstroming, microfluidica, kanaalcapaciteit.