Home

bemoeit

Bemoeit is a form of the Dutch verb bemoeien, used primarily in reflexive constructions to describe intruding or taking an unwanted interest in someone else’s affairs. The core sense is to interfere or meddle, sometimes with a neutral meaning of involvement, but more often with a pejorative nuance implying unnecessary or intrusive behavior. The standard construction is zich bemoeien met iets, meaning to concern oneself with or meddle in something.

Grammatical notes and usage

Bemoeien is a pronominal verb, typically appearing with a reflexive pronoun. The present tense third-person singular

NUANCES AND COMMON USAGE

Bemoeien heeft doorgaans een negatieve connotatie, omdat het vaak duidt op het ongewenst actief betrokken raken

Etymologie en verwante woorden

Bemoeien komt met het voorvoegsel be- op een wortel die samenhangt met moeite of aandringen, en heeft

form
is
bemoeit,
as
in
Zij
bemoeit
zich
met
politiek.
The
full
present
tense
paradigm
includes
ik
bemoei
me,
jij
bemoeit
je,
hij
bemoeit
zich,
wij
bemoeien
ons,
jullie
bemoeien
je,
zij
bemoeien
zich.
Past
tense
forms
include
bemoeide
zich
(singular)
and
bemoeiden
zich
(plural),
with
the
past
participle
bemoeid,
used
in
perfect
tenses:
hij
heeft
zich
bemoeid
met
de
zaak.
bij
andermans
zaken.
In
expliciet
neutrale
of
positieve
contexten
is
een
alternatief
als
zich
engageren
of
zich
verdiepen
mogelijk,
afhankelijk
van
de
bedoeling.
Voorbeelden:
“Zij
bemoeit
zich
voortdurend
met
de
buurt”
en
“Er
moeten
grenzen
zijn;
ik
hoef
me
er
niet
mee
te
bemoeien.”
Een
verwante
naamwoordvorm
is
de
bemoeizucht
(nosiness)
of
een
bemoeier
(iemand
die
bemoeit).
zich
ontwikkeld
tot
een
veelgebruikte
term
voor
intrusieve
betrokkenheid.
Verwante
termen
zijn
onder
meer
bemoeier,
bemoeizucht
en
bemoeizuchtig,
die
respectievelijk
verwijzen
naar
een
persoon
die
bemoeit
of
naar
de
eigenschap
van
iemand
die
zich
te
veel
bemoeit.