aardigheid

Aardigheid is een begrip in het Nederlands dat verwijst naar de eigenschap om vriendelijk en aangenaam te zijn tegenover anderen. Het kan slaan op iemands algemene houding en sociale welwillendheid, maar ook op kleine gebaren van vriendelijkheid. In het dagelijkse taalgebruik heeft aardigheid doorgaans een positieve connotatie en wordt het gezien als een teken van empathie en sociale kunde.

De term is afgeleid van aardig, het bijvoeglijk naamwoord voor vriendelijk en sympathiek. Aardigheid benadrukt doorgaans een consistente, warme houding en het vermogen om rekening te houden met anderen. Naast de brede betekenis kan aardigheid ook verwijzen naar kleine, betekenisvolle gebaren, die je soms met het verzamelbegrip aardigheidjes aanduidt, zoals een attente brief of een helpende hand.

In het dagelijks taalgebruik kun je bijvoorbeeld zeggen: “Zij toont altijd veel aardigheid voor haar buren.” Of: “Dat was een aardigheid van je.” Soms kan aardigheid ook ironisch worden gebruikt, afhankelijk van de toon en de context.

Zie ook: vriendelijkheid, beleefdheid, aardigheidje. Aardigheid vormt vaak een onderdeel van sociale interactie en wordt in veel culturen gewaardeerd als teken van sociale warmte en consideratie.