Home

RFIDsystemen

RFID-systemen (radio-frequency identification) gebruiken radiogolven om objecten te identificeren die zijn voorzien van RFID-tags. Een typisch systeem bestaat uit een tag met een chip en antenne, een lezer (reader) met antenne, een middleware en een back-end database of informatiesysteem.

Tagtypes en frequenties: tags kunnen passief zijn (geen eigen stroombron), actief of semi-passief. Frequente bands variëren

Werking: passieve tags halen hun energie uit het energieveld van de lezer, waardoor geen batterij nodig is.

Toepassingen: logistiek en supply chain, voorraadbeheer, asset-tracking, toegangscontrole, bibliotheken en winkelketens, transport, reizigers- en evenementenbeheer en

Voordelen en beperkingen: RFID maakt bulk lezen mogelijk, vereist geen zichtlijn en versnelt processen. Nadelen zijn

Standaarden en regelgeving: ISO/IEC 14443, ISO/IEC 15693 en ISO/IEC 18000-1 tot -6, EPC-standaarden voor UHF, en

Toekomst: groeiende integratie met Internet of Things, NFC-compatibiliteit en verbeterde beveiliging. Ontwikkelingen richten zich op kleinere

van
lage
frequentie
(LF,
circa
125–134
kHz)
tot
hoge
frequentie
(HF,
13,56
MHz),
ultra-high
frequency
(UHF,
circa
860–960
MHz)
tot
microwave-banden;
UHF
biedt
doorgaans
langere
leesafstanden
maar
is
gevoeliger
voor
storingen
door
metaal
of
vloeistoffen.
De
lezer
zendt
een
signaal;
de
tag
reageert
met
een
unieke
ID
of
sensordata.
De
gegevens
worden
door
de
lezer
naar
de
middleware
en
uiteindelijk
naar
een
back-end
database
gestuurd
voor
verwerking
en
opslag.
dierregistratie.
onder
meer
kosten
van
tags
en
lezers,
variabele
leesafstanden,
en
gevoeligheid
voor
interferentie.
Privacy-
en
beveiligingsrisico's
omvatten
skimming
en
cloning;
maatregelen
bestaan
uit
encryptie,
authenticatie,
en
filters
of
blocking-tags.
reglementaire
kaders
zoals
FCC/ETSI
voor
radiospectrum.
chips,
betere
sensoren
en
toepassingen
in
productie
en
logistiek.