Printopdrachten

Printopdrachten zijn verzoeken om documenten af te drukken op een printer. In netwerkomgevingen worden ze doorgaans afgehandeld door een printspooler, een service die inkomende opdrachten verzamelt, bewaart in een wachtrij en vervolgens naar de juiste printer afhandelt. Een printopdracht bevat meestal de documentnaam, de eigenaar, tijdstip en afdrukinstellingen zoals aantal kopieën, pagina’s om af te drukken, oriëntatie, dubbelzijdig afdrukken, kleur (kleurmodus) en papierformaat.

Werken met printopdrachten: wanneer een gebruiker vanuit een applicatie afdrukt, wordt de opdracht naar de spooler gestuurd, waar deze in de printwachtrij terechtkomt. De spooler kan taken plannen, annuleren, pauzeren of opnieuw afdrukken. Printerbeheerders kunnen quota’s, permissies en afdrukkosten vaststellen en beveiligingsmaatregelen toepassen zoals authenticatie bij het ophalen van de afdrukken (release, PIN).

Technisch: veel systemen gebruiken het IPP/IPP Everywhere-protocol; op Unix-achtige systemen is CUPS een veelgebruikte spooler, op Windows de Print Spooler. In historisch perspectief gingen afdrukopdrachten van eenvoudige lpr/lp-commando’s naar grafische printdialoog en IPP-standaarden.

Zie ook: afdrukken, printwachtrij, spooling, CUPS, IPP, printerbeheer.