Haararten

Haararten zijn de verschillende soorten haar die op het menselijk lichaam voorkomen. De belangrijkste categorieën zijn lanugo, vellus en terminalhaar. Lanugo is fijne, onpigmenteerde beharing die bij de foetus voorkomt en meestal na de geboorte verdwijnt. Vellushaar is dun en licht van kleur en bedekt grotendeels het lichaam bij volwassenen. Terminalhaar is dikker, langer en gepigmenteerd en komt voor op het hoofd, de wenkbrauwen, oksels, schaamstreek en bij mannen op het gezicht en de borst.

Haar groeit uit haarfollikels in de huid. De groeicyclus van een haar bestaat uit drie fasen: anagen (groei), catagen (overgang) en telogen (rust). De duur van de anagene fase bepaalt hoe lang een haar kan worden; die duur verschilt per locatie op het lichaam.

Hormonale factoren en genetica beïnvloeden de verdeling en kenmerken van haar. Androgenen stimuleren terminalhaar in bepaalde gebieden; genetica bepaalt dichtheid en textuur. Puberteit en ouderwordingsprocessen kunnen de verhouding tussen vellus-, lanugo- en terminalhaar wijzigen.

In de klinische context is het onderscheid tussen haararten relevant voor diagnose en behandeling van aandoeningen zoals hirsutisme en alopecia, en voor cosmetische praktijken zoals ontharing en haarverzorging.