Home

Grijpt

Grijpt is de derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van het Nederlandse werkwoord grijpen. Grijpen betekent het met de hand vastnemen of vasthouden van een voorwerp, maar kan ook figuurlijk worden gebruikt, bijvoorbeeld bij het grijpen van een kans of het grijpen van iemands aandacht.

Conjugatie in de tegenwoordige tijd is: ik grijp, jij grijpt, hij grijpt; wij grijpen, jullie grijpen, zij

Etymologie en verwantschap: het woord heeft een Germaanse oorsprong en is verwant aan Duitse greifen en Engelse

Gebruik en betekenissen: grijpen vereist meestal een direct lijdend voorwerp, bijvoorbeeld “zij grijpt het touw” of

grijpen.
Verleden
tijd
(onvoltooid):
ik
greep,
jij
greep,
hij
greep;
wij
grepen,
jullie
grepen,
zij
grepen.
Voltooid
deelwoord:
gegrepen.
Tegenwoordig
deelwoord:
grijpende.
Grijpen
is
een
onregelmatig
werkwoord
en
vertoont
klassieke
sterke-werkwoordkenmerken
in
de
verleden
tijd.
grip.
De
onderliggende
betekenis
draait
om
het
snel
en
doelbewust
vasthouden
of
vastgrijpen,
wat
in
vele
uitdrukkingen
terugkeert,
zowel
letterlijk
als
figuurlijk.
“hij
grijpt
de
kans.”
Het
kan
zowel
letterlijk
als
figuurlijk
gebruikt
worden:
men
kan
iemands
aandacht
grijpen,
een
kans
grijpen
of
een
ontwikkeling
grijpen.
Daarnaast
komt
het
voor
in
vastliggende
uitdrukkingen
zoals
“grijpen
naar”
(naar
iets
grijpen)
en
“de
kans
grijpen.”