terugtrek

Terugtrek is een Nederlands term die de handeling beschrijft van teruggaan naar een eerdere positie, toestand of locatie, of van zich terugtrekken uit een verplichting, akkoord of activiteit. Het kan zowel verwijzen naar een fysieke terugtrekking als naar een politieke, diplomatieke of economische terugtrek. In de praktijk functioneert terugtrek als zelfstandig naamwoord (terugtrek, terugtrekking) en als werkwoord (terugtrekken).

Etymologie en vormen: terugtrek is samengesteld uit terug (naar achteren) en trek (het bewegen/trekken), waardoor het een beweging naar achteren aanduidt. De formele aanduiding van het proces is vaak terugtrekking, een term die veel voorkomt in beleids- en juridische teksten.

Contexten: In de politiek of internationale betrekkingen kan terugtrek verwijzen naar terugtrek uit een verdrag, samenwerking of alliantie. In militaire context beschrijft het de retreat van troepen uit een gebied. In bedrijfs- en contractuele context kan het slaan op terugtrek uit een markt, een overeenkomst of een verplichting, bijvoorbeeld bij een productterugtrekking of een contractbeëindiging. Het concept wordt ook gebruikt in verslaggeving over campagnes, diplomatieke initiatieven of beleidswijzigingen die worden gestopt of teruggedraaid.

Usage notes: De term is vrij formeel en komt veel voor in nieuwsberichten, beleidsdocumenten en academische teksten. In informele taal wordt vaker teruggetrokken of uit de markt halen gebruikt. Zie ook terugtrekking, uittreden, afbouw; terugroepactie (recall) kan in specifieke contexts relevant zijn.

Zie ook: terugtrekking, uittreden, afbouw, terugroepactie.