snijsnelheid

Snijsnelheid is een term uit de metaalbewerking en verwijst naar de snelheid waarmee de snijkant ten opzichte van het werkstuk beweegt tijdens het snijden. Het wordt uitgedrukt in meters per minuut (m/min) en is een cruciale factor voor gereedschapsslijtage, warmteontwikkeling en afwerking van het oppervlak. In bewerkingen zoals draaien, frezen en boren bepaalt de snijsnelheid de prestaties van het snijproces en vormt zij een van de belangrijkste variabelen naast voeding en diepte van snede.

Berekening en ervaring: Voor draaien is de snijsnelheid ongeveer v = π · N · D, waarbij N het toerental in omwentelingen per minuut is en D de diameter van het werkstuk in meters. Bij frezen geldt een vergelijkbare benadering met de diameter van de frees (D_c) en het toerental: v ≈ π · D_c · N. De snijsnelheid beschrijft de snelheid van de snijrand langs het contactoppervlak; de voeding en diepte van snede bepalen wat er daadwerkelijk materiaal verwijderd wordt. De snijsnelheid is doorgaans onafhankelijk van de voeding, maar samen bepalen ze de productiviteit en kwaliteitsresultaten.

Factoren en richtwaarden: De optimale snijsnelheid hangt af van het materiaal van het werkstuk en het gereedschap, de gereedschapstechnologie (bijv. HSS of carbide), coating, snijgeometrie, koeling en de machinekant en stijfheid. Ruwe richtwaarden zijn onder meer staal met onbehandelde HSS circa 20–60 m/min; staal met carbide circa 60–200+ m/min; aluminium circa 150–600 m/min; roestvast staal circa 30–100 m/min; gietijzer circa 60–180 m/min. In de praktijk worden snijsnelheden afgeleid uit fabrikantspecificaties en slijtagegegevens, met aanpassingen voor finishing en koeling.