slachthuis

Een slachthuis is een gebouw of complex waar dieren worden geslacht en voorbereid voor vleesconsumptie. Het omvat doorgaans de ontvangst van dieren, de slacht, het verwijderen van ingewanden, en de eerste verwerking van karkassen, waaronder koeling en het in handelbare delen verdelen.

Proces: Dieren worden doorgaans verdoofd en gedood volgens normen voor veiligheid en dierenwelzijn. Daarna volgen onthoofding, het verwijderen van ingewanden, en het karkas wordt gecontroleerd op hygiëne. De karkassen worden gekoeld en vervolgens verder verwerkt tot stukken en verpakt voor verkoop.

Regelgeving: In de Europese Unie gelden strikte regels voor hygiëne, dierenwelzijn en producttraceerbaarheid. Slachthuizen moeten voldoen aan HACCP-systemen, inspecties door erkende dierenartsen en duidelijke labeling en registratie van herkomst.

Types en organisatie: Grote industriële slachthuizen verwerken grote hoeveelheden vlees en zijn vaak onderdeel van vleesverwerkende bedrijven. Kleinschaligere pluimvee-slachthuizen en regionale slachthuizen bestaan naast gemeentelijke voorzieningen. Sommige bedrijven bezitten eigen slachthuizen, andere werken als contractslachthuizers.

Historie en betekenis: Slachthuizen ontstonden uit lokale ambachten en markten en ondergingen in de 19e en 20e eeuw een snelle industrialisering met focus op sanitaire voorzieningen en efficiëntie. Vandaag staan ze onder toezicht van overheden en brancheorganisaties.

Maatschappelijke en milieuaspecten: Slachthuizen brengen kwesties rond dierenwelzijn, dierenleed, afvalverwerking en water- en energiebalans met zich mee. Beleidsvorming richt zich op verbetering van dierenwelzijn, vermindering van milieubelasting en transparantie in de toeleveringsketen.