Home

signaalduur

Signaalduur is de tijdsduur waarin een signaal als actief of aanwezig wordt beschouwd. In het algemeen gaat het om het interval vanaf het moment waarop het signaal een afgesproken drempelniveau overschrijdt tot het moment waarop het signaal dit niveau weer verlaat. Het begrip geldt voor zowel continue-tijd- als discrete-tijds-signalen en komt vooral uit bij pulsen of tijdvensters in periodieke golven. Bij een pulssignaal is de signaalduur de duur van de puls (ton); bij een periodieke golf kan de signaalduur verwijzen naar de tijd waarin de uitgang hoog is, terwijl de duty cycle de verhouding is tussen signaalduur en de periode.

Meetmethoden voor signaalduur hangen af van het toepassingsgebied. Een veelgebruikte aanpak is het bepalen van de

Relaties en implicaties: kortdurende signaalduur vereist doorgaans een bredere bandbreedte vanwege het time–bandwidth product, terwijl langere

Zie ook: pulsduur, duty cycle, tijdsdomein, signaalsterkte.

---

start-
en
eindtijden
bij
drempeloverschrijding,
waarbij
ruis
en
randschakelingen
in
overweging
nemen.
In
digitale
systemen
komt
signaalduur
overeen
met
het
aantal
verzamelde
monsters
dat
boven
de
drempel
ligt
vermenigvuldigd
met
de
samplingstijd.
Meetinstrumenten
zoals
een
oscilloscoop
of
een
logische
analyzer
worden
vaak
ingezet
om
de
duur
rechtstreeks
in
de
tijdsfiguur
af
te
lezen.
signaalduur
een
smallere
bandbreedte
impliceert.
In
digitale
communicatie
bepaalt
de
signaalduur
samen
met
de
symbolen
of
bits
per
seconde
en
beïnvloedt
het
de
timing
en
foutkansen.
In
radar,
ultrasone
en
sonar-toepassingen
speelt
de
signaalduur
een
cruciale
rol
voor
detectie,
resolutie
en
signaal-ruisverhouding.