ringspinnen

Ringspinnen, ook wel ring spinning genoemd, is een traditionele methode om garen te produceren uit lange vezels. Het proces levert garen met hoge sterkte en een gladde, uniforme structuur en wordt veel toegepast bij katoen, wol en synthetische vezels. Ring-spun garen wordt vaak geprefereerd voor hoogwaardige stoffen en kleding vanwege zijn stevige vezelbinding en aangenaam handgevoel.

Het principe van ringspinnen is dat de vezels eerst worden voorbereid tot een lopende draad door drachten en drafting. De bereide draad wordt naar een ringframe gevoerd, waar een ring en een traveller samenwerken. Terwijl de spoel rondom de spindel draait, wordt twist aan de draad toegevoegd doordat de traveller langs de ring beweegt. Tegelijkertijd trekt een drafferingster de draad uit en regelt zo de draht en de hoeveelheid twist. De gespinde draad windt vervolgens op een bobijn die aan de spindel is bevestigd. De verhouding tussen draught en draaisnelheid bepaalt de twist per lengte van garen.

Eigenschappen van ringspun garen zijn onder meer hoge treksterkte, goede uniformiteit en een aangenaam handgevoel. Het is geschikt voor een breed scala aan vezels en kan in verschillende garendiktes (counts) worden geproduceerd. Nadeel ten opzichte van sommige moderne spiningstechnieken is de lagere productie snelheid en het hogere energieverbruik per unit garen, hoewel de kwaliteit vaak hoger is.

Toepassingen omvatten onder meer katoenen en wolstoffen, denim en andere kledingstoffen. In de textielindustrie blijft ringspinnen een dominante methode voor hoogwaardige garens, ook al bestaan er snellere alternatieven voor massaproductie.