Home

metapopulatiedynamiek

Metapopulatiedynamiek is een begrip uit de ecologie dat de dynamiek beschrijft van populaties van een soort verdeeld over een netwerk van habitatpatches. In gefragmenteerde landschappen kunnen lokale populaties uitroeien en daarna opnieuw koloniseren. Het regionale patroon van aanwezigheid ontstaat uit turnover op de patches, en wordt sterk beïnvloed door de connectiviteit tussen patches en de kwaliteit van elk patch.

De klassieke benadering is Levins' model uit 1969. Patches worden bezet of leeg geacht, met een globale

Later ontwikkelde Hanski het incidence-function model (IFM). Hier hangen kolonisatie- en uitstervingskansen af van patchkenmerken (zoals

Praktisch betekent dit dat habitatfragmentatie de regionale overleving van een soort kan ondermijnen door lagere kolonisatie

Toepassingsgebieden zijn onder meer insecten, amfibieën en planten; een klassiek studiegebied is de Glanville fritillary op

kolonisatiegraad
c
en
een
globale
uitsterfingsgraad
e.
Het
aandeel
bezette
patches
P
verandert
in
tijd
volgens
dP/dt
=
cP(1−P)
−
eP,
en
in
evenwicht
is
P*
=
1
−
e/c
(voor
c
>
e).
Dit
illustreert
regionale
persistentie,
maar
gaat
uit
van
veel
patches
en
uniforme
rates.
omvang
en
kwaliteit)
en
van
de
connectiviteit
met
bezette
patches.
Een
belangrijk
concept
is
het
rescue-effect:
immigratie
kan
de
kans
op
uitsterven
in
een
patch
verlagen.
IFM
koppelt
bezettingskansen
aan
patcheigenschappen
en
netto-connectiviteit.
of
hogere
uitstervingskansen.
Behoud
of
herstel
van
connectiviteit,
bijvoorbeeld
via
corridors
of
kernhabitat,
kan
de
regionale
persistentie
verbeteren.
Een
onderscheid
is
dat
een
metapopulatie
de
aanwezigheid-absentie
van
één
soort
beschrijft,
terwijl
een
metacommunity
meerdere
soorten
en
hun
onderlinge
interacties
omvat.
de
Ålandeilanden,
waar
patchiness
en
dispersie
kernbepalende
processen
zijn.