dierhoudende

Dierhoudende is een bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands dat verwijst naar het houden van dieren. Het wordt gebruikt om aan te geven dat een activiteit, inrichting of proces dieren omvat of ermee te maken heeft. Voorbeelden zijn dierhoudende bedrijfsvoering, dierhoudende infrastructuur of andere contexten waarbij dieren onderdeel zijn van de werking of functie.

Het woord is samengesteld uit dier (animal) en houden (to keep) met het participiumsuffix -ende, waardoor het een eigenschap aanduidt. In zinnen als “dierhoudende bedrijven” of “dierhoudende omgevingen” wordt duidelijk gemaakt dat het om situaties gaat waarin dieren worden gehouden of toegepast.

Toepassingsgebieden van dierhoudende concepten zijn onder meer veehouderij, pluimveebedrijven, fok- en verzorgingsprogramma’s, dierentuinen en laboratoriumomgevingen waar dieren worden gebruikt of verzorgd. Het begrip kan verwijzen naar zowel productie- als verzorgings- en onderzoekscontexten, met aandacht voor dierenwelzijn en ethische overwegingen.

Regelgeving en welzijn spelen een belangrijke rol bij dierhoudende activiteiten. In veel jurisdicties vallen deze activiteiten onder dierenwelzijns- en dierenbeschermingswetgeving, met normen voor huisvesting, voeding, ziektepreventie en passende verrijking. Het begrip wordt vaak gebruikt in beleid en wetenschappelijke vaktaal om onderscheid te maken tussen dierhoudende en dierloze of niet-diergebonden activiteiten.