couponinkomsten

Couponinkomsten verwijzen naar de periodieke rente-achtige betalingen die houders van couponbetalende vastrentende waarden ontvangen. Deze inkomsten ontstaan omdat de uitgever van de schuld (bijvoorbeeld een staats- of bedrijfsbond) de lening compenseert met vaste betalingen gedurende de looptijd en aan het einde van de looptijd terug betaalt.

Hoe het werkt: een obligatie heeft een nominale waarde (par) en een couponrente. De jaarlijkse couponrente wordt meestal verdeeld over meerdere betalingen per jaar, vaak twee keer per jaar. Als een obligatie een parwaarde van 1.000 euro en een couponrente van 4% heeft, betaalt hij doorgaans 40 euro per jaar, bijvoorbeeld 20 euro elke zes maanden. De feitelijke inkomsten uit couponbetalingen blijven afhankelijk van het bezit aan de hand van de looptijd en de marktvraag.

Naast staatsobligaties zijn er ook bedrijfsobligaties en gemeentelijke obligaties. Couponen kunnen vast zijn (fixed-rate) of variabel (floating-rate). Sommige effecten kennen geen couponbetalingen uit de tijd, zoals zero-couponobligaties, die juist tegen een korting worden uitgegeven en pas bij vervaldatum volledig debet terugbetalen; deze leveren geen regelmatige couponinkomsten maar wel alleen een kapitaalswinst.

Belasting en rendement: couponinkomsten kunnen belastbaar zijn en dragen bij aan het totale rendement, naast prijsveranderingen. Rendementen worden vaak gemeten als het jaarrendement op basis van de couponten en de aankoopprijs (yield), of als de huidige opbrengst (current yield).

Risico’s: couponinkomsten zijn onderhevig aan rentestijgingen, kredietrisico en herbeleggingsrisico, wat invloed heeft op toekomstige inkomsten en waarde van de belegging.