Home

cohesiezonemodellen

Cohesiezonemodellen (CZMs) zijn modellen uit de fractuurmechanica waarmee scheurvorming wordt beschreven door een cohesiezone van beperkte breedte bij de scheurkop of langs mogelijke scheurlijnen te introduceren. In deze zone blijft materiaal weerstand bieden tegen scheiding dankzij een trek-scheiding-curve (cohesie-relatie). De totale energie die nodig is om het materiaal volledig te scheuren wordt uitgedrukt als de fractuurenergie Gc per oppervlakte-eenheid.

Het concept heeft zijn wortels in de ideeën van Barenblatt en Dugdale uit de late jaren veertig

Een typische cohesie-relatie koppelt een elastische respons aan een maximale cohesiekracht en een systematische afname naar

Implementatie vindt meestal plaats via cohesie-elementen of cohesieoppervlakken langs mogelijke scheurlijnen. Belangrijke keuzes zijn de vorm

en
zestig,
die
een
proceszone
introduceerden
ter
verklaring
van
scheurvorming
zonder
onrealistische
stressconcentraties.
CZMs
geven
hieraan
een
concrete,
mechanistische
relatie
tussen
opening
en
trek
en
maken
het
mogelijk
initiatie
en
verdere
groei
van
scheuren
in
numerieke
modellen
te
volgen.
In
de
praktijk
worden
cohesie­zones
vaak
toegepast
als
elementen
of
oppervlakken
langs
potentieel
scheurlijnen
in
een
eindige-elementen-model.
nul
bij
een
kritieke
opening.
Het
gebied
onder
de
cohesie-curve
komt
overeen
met
Gc,
de
fractuurenergie
per
oppervlak.
Wanneer
de
opening
in
een
cohesie-element
een
kritisch
niveau
bereikt,
vertraagt
of
valt
de
cohesie-weerstand
weg
en
kan
de
scheur
verder
uitgroeien
volgens
de
lokale
energievoorwaarden.
van
de
cohesie-curve,
de
waarde
van
Gc
en
de
meshgrootte,
aangezien
de
resultaten
kunnen
afhangen
van
de
discretisatie.
CZMs
worden
breed
toegepast
in
metalen,
polymeren,
composieten
en
adhesieve
verbindingen
om
initiatie
en
propagatie
van
scheuren
realistischer
te
modelleren
dan
bij
puur
elastische
benaderingen.