bekkeninlaat

Bekkeninlaat, of pelvic inlet, is de bovenzijde opening van het bekken en markeert de grens tussen de abdomen en het kleine bekken. Het vormt samen met de bekkenranden de begrenzing van de ware bekkenruimte en bepaalt mede de ruimtelijkheid voor doorgang van passeren van structuren, zoals bij zwangerschap en bevalling.

De inlaat wordt begrensd door een aantal bony lijnen: achteraan ligt de sacral promontory, de laterale grenzen bestaan uit de arcuate line van het ilium en de pectineal line (pecten pubis), en vooraan ligt het pubische vlak met de pubic crest en de symphysis pubis. Samen vormen deze lijnen de bekkenomtrek, vaak aangeduid als de bekkenbrim.

Naast de grenzen wordt de bekkeninlaat ook beschreven naar vorm en afmetingen. Bij vrouwen is de bekkeninlaat meestal gynecoïde van aard, wat ruimtelijkheid biedt voor bevalling; andere vormen zoals android, anthropoid en platypelloïde komen ook voor bij zowel mannen als vrouwen en beïnvloeden de bevallingsroute en -uitkomst. De belangrijkste diameters zijn de transversale diameter, de anteroposterieure diameter en de obstetrische conjugate (de kortste afstand van promontorium tot het vlak van de symfyse) met de diagonal conjugate als controlevorm.

Klinisch belang ligt in obstetrie en radiologie: de bekkeninlaat bepaalt mee de doorgang bij vaginal delivery en kan bij afwijkingen afwijkende bevallingsroutes of aanvullende obstetrische zorg necessiteren. De concepten worden doorgaans beoordeeld aan beeldvorming en bij een uitgebreide klinische evaluatie van bekkenvorm en -afmetingen.