Verwoestten

Verwoestten is de verleden tijd van het Nederlandse werkwoord verwoesten, en wordt gebruikt met een meervoudige onderwerp (zij verwoestten, de steden verwoestten). Verwoesten betekent roven, vergaan of in ruïnes treffen: iets of iemand in een staat van verwoesting brengen. Het werkwoord is transitieerbaar en wordt vaak in historische, militaire of natuurrampcontexten gebruikt, maar ook in kritisch of literair taalgebruik.

Grammaticaal gezien is verwoesten een onregelmatig werkwoord in de verleden tijd: de enkelvoudige verleden tijd is verwoestte, de meervoudige verleden tijd is verwoestten. De onvoltooide tegenwoordige tijd is bijvoorbeeld: ik verwoest, jij verwoest, hij verwoest, wij verwoesten, jullie verwoesten, zij verwoesten. De voltooide tijd gebruikt het participium verwoest, bijvoorbeeld: De steden zijn verwoest na de aardbeving.

Etymologisch komt verwoesten uit het oudere werkwoord woesten, met het voorvoegsel ver- dat vaak intensificerend of scheldend werkt. Het verwante bijvoeglijk naamwoord is verwoest, wat roerend of ontredderd kan suggereren.

Gerelateerde termen zijn onder meer verwoesting (het proces van vernietiging), verwoester (iemand die verwoest), en verwoestingen (meervoudige of generieke vernietigingen). Verwoesttten verschijnt vooral in historische verslagen en literair taalgebruik wanneer meerdere entiteiten tegelijk vernietiging ondergingen.

In samenvatting is verwoestten een duidelijke, grammatisch specifieke vorm van verwoesten die historisch en descriptief gebruik vindt voor pluralistische subjecten in de verleden tijd.