Uitlachen
Uitlachen is een werkwoord in het Nederlands dat betekent iemand publiekelijk belachelijk maken door ermee te lachen of te spotten. Het verwijst naar het maken van iemand tot onderwerp van spot, vaak ten koste van diens gevoelens. Het is meestal negatief bedoeld en kan leiden tot schaamte of uitsluiting.
In zinnen: “Hij werd uitgelachen toen hij struikelde.” of “Ze lachen haar uit om haar accent.” Uitlachen
Etymologisch komt uitlachen van lachen met het prefix uit-, wat aanduidt dat iemand publiekelijk wordt gemaakt.
Sociale aspecten: uitlachen wordt doorgaans gezien als onaardig of schadelijk en valt onder pesten of sociale
Synoniemen: belachelijk maken, ridiculeren, te kakken zetten. Verwante uitdrukkingen: lachen met iemand kan vriendelijk zijn als