Home

Graadcentraliteit

Graadcentraliteit is een maat uit de netwerktheorie die de centrale positie van een knoop in een netwerk meet aan de hand van het aantal directe verbindingen met andere knopen. In een ongewogen netwerk geeft de graad van een knoop v de aanwezigheid van zijn buren aan; in gewogen netwerken telt men de som van de gewichten van de verbindingen die v met andere knopen aangaan.

Voor een ongericht netwerk G = (V,E) met knopen V en verbindingen E geldt: graad(v) = deg(v) = |{u

Graadcentraliteit geeft aan welke knopen gemakkelijk kunnen communiceren via directe verbindingen en fungeert vaak als een

Beperkingen omvatten dat graadcentraliteit alleen directe buren meet en geen globale positie of redundantie in de

in
V
|
(v,u)
∈
E}|.
In
een
gericht
netwerk
kan
men
onderscheid
maken
tussen
in-degree
centrality
k_in(v)
=
indeg(v)
en
out-degree
centrality
k_out(v)
=
outdeg(v).
Om
te
vergelijken
tussen
netwerken
met
verschillend
aantal
knopen,
kan
men
graadcentraliteit
normaliseren
door
te
delen
door
nāˆ’1,
waarbij
n
het
aantal
knopen
is.
In
gewogen
netwerken
wordt
vaak
de
som
van
de
gewichten
van
de
incidenten
verbindingen
gebruikt:
s(v)
=
sum
w(v,u)
over
alle
buren
u.
eenvoudige
indicator
van
een
knoopshub.
Het
is
vooral
nuttig
voor
snelle
identificatie
van
invloedrijke
knopen
in
sociale
netwerken,
informatiestromen
en
infrastructuurnetwerken.
De
maat
houdt
echter
geen
rekening
met
de
positie
van
een
knoop
in
het
netwerk
langs
paden
of
met
de
kwaliteit
van
langeafstandverbindingen.
netwerktopologie
weergeeft.
Daarom
wordt
graadcentraliteit
vaak
gecombineerd
met
andere
centraliteitsmaten
zoals
betweenness,
closeness
en
eigenvectorcentraliteit
om
een
vollediger
beeld
te
krijgen.