Home

traansecretie

Transecretie (ook wel transecreetie) is het fysiologische proces waarbij secretie of secretieve producten via een epitheel of klier door de cel heen worden verplaatst van de basolaterale zijde naar de luminale zijde en uiteindelijk in een lumen worden vrijgegeven. Het begrip verwijst naar een transcellulair pad, in tegenstelling tot secretie die voornamelijk langs paracellulaire routes plaatsvindt.

Het mechanisme van transecretie omvat meestal een transcellulaire route: secretie start in het basolaterale compartiment waar

Transecretie is essentieel voor diverse fysiologische functies. In het spijsverteringsstelsel dragen pancreas- en darmsystemen bij aan

substraat
en
ionen
beschikbaar
komen,
gevolgd
door
intraceleculaire
transport
via
het
endoplasmatisch
reticulum
en
de
Golgi-apparaat,
verpakking
in
secretory
granules
of
vesicles,
en
fusie
met
de
apicale
membraan
door
exocytose.
Hierbij
spelen
ionentransporters
en
kanalen
een
cruciale
rol,
omdat
water
en
elektrolyten
vaak
synchroniseerd
met
de
secretie
door
osmose
naar
het
lumen
worden
geduwd.
Voorbeelden
van
transecretie
zijn
onder
meer
de
secretie
van
bicarbonaat
en
water
in
de
pancreatic
ducts
en
darmepitheel,
en
de
vochtige
slijmproductie
in
de
luchtwegen.
de
productie
van
enzymatisch
pancreasvoedsel
en
het
hydrateren
van
de
darmlumen
door
secretie
van
vocht
en
elektrolyten.
In
de
luchtwegen
zorgt
transecretie
voor
een
oppervlakte-
en
slijmbescherming
door
vochtige
mucosa.
Klinisch
relevante
voorbeelden
zijn
onder
andere
cystic
fibrosis,
waarbij
de
transecretie
van
chloride
wordt
aangetast,
wat
leidt
tot
verdikte
slijm,
en
cholera,
waarbij
toxines
een
versterkte
transecretie
veroorzaken
en
tot
ernstige
diarree
kunnen
leiden.