Home

signaalhoogte

Signaalhoogte is in de praktijk de amplitude of grootte van een signaal, meestal uitgedrukt als de maximale afwijking ten opzichte van een referentieniveau (meestal nul of de DC-offset). Bij signalen zonder offset is dit vaak de piekwaarde ten opzichte van nul; bij signalen met offset kan de waarde zowel ten opzichte van de offset als ten opzichte van nul worden gegeven.

Verschillende definities bestaan afhankelijk van het soort signaal. De belangrijkste zijn piekhoogte (Vp), piek-naar-piek hoogte (Vpp)

Eenheden en context variëren. De signaalhoogte van een elektrisch signaal wordt meestal uitgedrukt in volt (V),

Meten gebeurt doorgaans met instrumenten zoals een oscilloscoop, multimeter of een data-acquisitiesysteem. Bijmetingen moeten rekening houden

en
de
rms-waarde
(Vrms).
Voor
een
sinusvormig
signaal
geldt
bijvoorbeeld
Vpp
=
2Vp
en
Vrms
=
Vp
/
√2
≈
0,707Vp.
Voor
andere
vormen
kunnen
de
relaties
verschillen
en
moet
de
juiste
rms-waarde
berekend
of
gemeten
worden.
maar
kan
ook
betrekking
hebben
op
stroom
(ampère)
of
dimensionloze,
genormaliseerde
signalen.
In
meet-
en
meetsystemen
bepaalt
de
signaalhoogte
vaak
het
dynamisch
bereik
en
de
benodigde
resolutie:
te
lage
hoogte
leidt
tot
een
slechte
signaal-ruisverhouding,
terwijl
te
hoge
hoogte
kan
leiden
tot
clipping
en
vervorming.
met
offset
en
missie-
of
verwijdering
van
DC-componenten,
afhankelijk
van
wat
wordt
onderzocht.
In
digitale
systemen
bepaalt
de
signaalhoogte
de
maximale
representabele
waarde
(full-scale)
en
beïnvloedt
dit
de
prestaties
van
conversie
en
verwerking.