Home

groepenvaliditeit

Groepenvaliditeit is de mate waarin een meetinstrument hetzelfde construct meet in verschillende groepen, bijvoorbeeld bij verschillen in geslacht, etniciteit, leeftijd of culturele achtergrond. Het doel is om ervoor te zorgen dat vergelijkingen van scores tussen groepen interpreteerbaar en eerlijk zijn. Zonder voldoende groepenvaliditeit kunnen tussen-groepsverschillen worden vertekend door biased meetitems of verschillende interpretaties van items.

Een centrale benadering is meeting invariance (meetvoorwaarden over groepen), vaak onderzocht via multi-group confirmatory factor analysis

Naast factoranalyse worden ook itemresponse theory (IRT) en differential item functioning (DIF) gebruikt om aanwijzingen van

Toepassingen van groepenvaliditeit zijn onder meer scholingstests, psychologische vragenlijsten en wervingsselecties. Een gebrek aan invariantie kan

Uitdagingen omvatten vertaling en cultuurgebonden interpretaties, beperkte steekproefgroottes, en complexe aannames bij meerdere of overlappende groepen.

(MGCFA)
en
gerelateerde
methoden.
De
belangrijkste
niveaus
van
invariantie
zijn
configurational
invariance
(dezelfde
factorstructuur
over
groepen),
metric
invariance
(gelijke
factorladingen,
waardoor
correlaties
en
regressies
tussen
factoren
kunnen
worden
vergeleken),
en
scalar
invariance
(gelijke
intercepts,
waardoor
groepgemiddelden
kunnen
worden
vergeleken).
Soms
wordt
ook
strikte
invariantie
(gelijke
residuen)
besproken,
maar
dit
is
minder
strikt
vereist
voor
praktische
vergelijkingen.
biased
items
te
identificeren.
DIF
onderzoekt
of
items
voor
verschillende
groepen
verschillend
reageren
na
controle
voor
het
achterliggende
construct.
leiden
tot
ongeldige
conclusies
bij
het
vergelijken
van
groepen
en
kan
ongerechtvaardigde
bevoordeling
of
schade
opleveren.
Het
zorgvuldig
vaststellen
van
invariantie
is
cruciaal
voor
betrouwbare
en
eerlijke
groepsvergelijkingen.