glasinstrumenten
Glasinstrumenten zijn muziekinstrumenten waarbij glas de hoofdklankbron of resonator is. Het geluid ontstaat op verschillende manieren: door wrijving langs de randen van natte vingers op glazen schalen of kommen, door een luchtkolom in glazen buizen, of door het slaan op glazen klankstukken. De toonhoogte en klankkleur hangen af van de grootte, vorm en waterniveau van de glazen resonatoren.
Een bekend voorbeeld is de glasharmonika, uitgevonden door Benjamin Franklin in 1761. Hierbij draaien glazen schalen
Historisch gezien werd glas gewaardeerd om zijn heldere, etherische klank; het instrument werd echter fragiel en
Samengevat bieden glasinstrumenten een onderscheidende, translucente klank en illustreren ze de mogelijkheden van geluid uit glas.