Home

Zuurstofbinding

Zuurstofbinding is het proces waarbij zuurstofmoleculen zich hechten aan zuurstofdragers in levende wezens, met als belangrijkste voorbeelden hemoglobine en myoglobine. De binding is reversibel, zodat zuurstof kan worden opgenomen bij hoge partiële druk van zuurstof (pO2) en vrijgegeven bij lage pO2, zoals in weefsels.

Hemoglobine (Hb) is een tetramerisch eiwit in rode bloedcellen met vier heemgroepen. Ieder heem bevat ijzer

Myoglobine (Mb) is een enkelheems eiwit dat zuurstof opslaat en levert aan spiercellen. Mb bindt zuurstof bij

Naast Hb en Mb komen bij andere dieren ook andere-O2-dragers voor, zoals hemocyanine (kopergebonden) bij sommige

in
de
Fe2+-toestand
en
kan
één
O2-molecuul
binden,
zodat
tot
vier
O2
per
Hb-molecuul
mogelijk
is.
De
binding
is
cooperaal:
de
aanhechting
van
de
eerste
O2
maakt
de
volgende
bindingen
gemakkelijker,
wat
resulteert
in
een
sigmoïde
zuurstofbindcurve.
In
longen
laden
O2
bij
hoog
pO2;
in
weefsels
wordt
O2
vrijgegeven
bij
laag
pO2.
De
werking
wordt
beïnvloed
door
factoren
zoals
het
Bohr-effect
(lagere
pH
en
hogere
CO2
verlagen
de
affiniteit
en
bevorderen
afgifte),
temperatuur
en
2,3-BPG,
dat
de
affiniteit
verlaagt.
Fetaal
Hb
heeft
een
hogere
zuurstofaffiniteit
dan
volwassen
Hb,
wat
overdracht
aan
de
fetus
vergemakkelijkt.
lagere
pO2
dan
Hb
en
fungeert
als
opslag-
en
leveringsmiddel
bij
snelle
zuurstofbehoefte
tijdens
spieractiviteit,
waardoor
zuurstofdiffusie
vanuit
bloed
naar
mitochondriën
ondersteund
wordt.
invertebraten.
Zuurstofbinding
kan
ook
verstoringen
kennen,
bijvoorbeeld
bij
methemoglobinemie,
waarbij
ijzer
in
het
Hb
verminderd
zuurstofbindend
vermogen
verliest.