Verhuisd

Verhuisd is het voltooid deelwoord van het Nederlandse werkwoord verhuizen. Het geeft aan dat iemand zijn of haar woning heeft veranderd en in een andere woning woont. In combinatie met het hulpwerkwoord zijn wordt het gebruikt om een voltooide handeling uit te drukken: ik ben verhuisd naar Amsterdam.

Grammaticaal wordt verhuisd in de voltooide tijd meestal met zijn als hulpwerkwoord: ik ben verhuisd, wij zijn verhuisd. In de verleden tijd (onvoltoorde verleden tijd) vervoegt het werkwoord op de gebruikelijke regelmatige wijze: ik verhuisde, jij verhuisde, hij verhuisde; wij verhuisden, jullie verhuisden, zij verhuisden. De vorm verhuisd verschijnt ook als volwaardig bijvoeglijk naamwoord: de verhuisde familie, verhuisde spullen.

Verhuisd heeft verwante termen en afleidingen, zoals verhuizen (werkwoord), verhuizing (zelfstandig naamwoord; de handeling van verhuizen), verhuisbedrijf (bedrijf dat verhuizingen uitvoert) en verhuiswagen (voldoende grote voertuig voor een verhuizing). Veelvoorkomende uitdrukkingen zijn onder meer “verhuisd zijn”, “verhuizen naar” en “de verhuisplanning”.

Etymologie en gebruik: het werkwoord verhuizen is opgebouwd uit het voor en tuurlijk stemveranderde woord huis met de prefix ver-, dat verandering aanduidt. Verhuizen duidt op het veranderen van woonplaats, meestal van het ene huis naar het andere. Het woord wordt in zowel Nederland als Vlaanderen gebruikt en komt voor in zowel informele als formele taal.