Home

Persoonlijkheidsstoornis

Een persoonlijkheidsstoornis is een langdurig patroon van innerlijke ervaringen en gedragingen dat afwijkt van wat in de cultuur als normaal wordt gezien. Het patroon is persistent, inflexibel en leidt tot significant lijden of beperkingen in sociaal, beroepsmatig of ander functioneren. De stoornis begint meestal in de adolescentie of vroege volwassenheid en blijft vaak langdurig bestaan.

Classificatie gebeurt vaak volgens de DSM-5 en ICD-11 en wordt onderverdeeld in drie clusters. Cluster A omvat

Diagnose gebeurt door een gekwalificeerde professional aan de hand van klinisch interview, observatie en het uitsluiten

Behandeling richt zich op langdurige psychotherapie. Voorbeelden zijn cognitieve gedragstherapie, schematherapie en (dialectische) gedragstherapie, vaak in

Prognose is variabel en hangt samen met tijdige behandeling, comorbiditeit en sociale ondersteuning. Er is doorgaans

excentrieke
stoornissen
zoals
paranoïde,
schizoid
en
schizotypisch.
Cluster
B
omvat
dramatische
of
impulsieve
stoornissen
zoals
antisociale,
borderline,
narcistische
en
histrionische.
Cluster
C
omvat
angstige
stoornissen
zoals
vermijdende,
afhankelijke
en
obsessief-compulsieve
persoonlijkheidsstoornis.
De
aanwezigheid
van
meerdere
persoonlijkheidskenmerken
in
combinatie
met
aanzienlijke
distress
of
beperkingen
is
kenmerkend.
van
andere
oorzaken
zoals
middelengebruik
of
een
andere
psychische
aandoening.
Een
persoonlijkheidsstoornis
gaat
vaak
gepaard
met
comorbide
stemmings-
of
angststoornissen
en
kan
leiden
tot
moeilijkheden
in
relaties,
werk
en
zelfbeeld.
combinatie
met
groeps-
of
familieondersteuning.
Medicatie
kan
symptoomgericht
worden
ingezet
(bijv.
voor
depressie
of
angst),
maar
behandelt
de
stoornis
als
zodanig
niet.
behoefte
aan
langdurige
begeleiding
en
follow-up.