Kabelstroom

Kabelstroom is de elektrische stroom die door een kabel wordt geleid. De hoeveelheid stroom wordt gemeten in ampères (A). In veel toepassingen is het essentieel om rekening te houden met de kabelstroom, omdat een overstroom kan leiden tot oververhitting, rendementverlies en mogelijk brandgevaar.

De draagvermogen of ampaciteit van een kabel is de maximale continue stroom die een kabel veilig kan dragen onder specifieke installatieomstandigheden. Die draagvermogen hangt af van factoren zoals het geleider materiaal (koper of aluminium), de dwarsdoorsnede, het type isolatie en de bouwvorm (solo, multi-core, afgeschermd). Daarnaast spelen omgevingscondities een grote rol: omgevingstemperatuur, of kabels gebundeld zijn, en of de kabels in de open lucht, in conduit, of in de grond liggen. Bij hogere temperaturen of bij samenvoeging van meerdere kabels kan de ampaciteit afnemen.

De ampaciteit wordt bepaald aan de hand van normen en fabrikantspecificaties, vaak via ampaciteits-tabellen of berekeningsmethoden. In de praktijk gaat het om het bepalen van een veilige maximale continue stroom die voldoet aan de maximale temperatuurstijging van de kabel en de aansluitingen. Overbelasting moet worden voorkomen met passende beveiliging, zoals zekeringen of automatische schakelaars, die de stroom beperken tot een niveau onder de afgekende draagvermogen.

Kabelstroom speelt een centrale rol in elektriciteitsnetten, gebouwen en industrie. Een juiste afstelling van kabelstroom voorkomt oververhitting, spanningsval en schade aan kabels en apparaten. Bij ontwerp en onderhoud wordt daarom rekening gehouden met kabelstroom, installatieomstandigheden en veiligheidsnormen.