tellervariabele

Een tellervariabele is een variabele die wordt gebruikt om het aantal keren te tellen dat een bepaalde gebeurtenis optreedt of een iteratie van een algoritme wordt uitgevoerd. De teller wordt doorgaans geïnitialiseerd op nul en bij elke relevante gebeurtenis verhoogd met één, waardoor de huidige waarde aangeeft hoeveel eenheden er tot dat moment zijn geteld.

In programmeertalen speelt de tellervariabele een centrale rol bij lusconstructies zoals for-lussen en while-lussen. Bij for-lussen kan de teller meestal als index dienen of automatisch worden beheerd door de taal, terwijl in while-lussen de programmeur expliciet de incrementele stap moet toepassen. Tellervariabelen komen ook voor als tellers binnen data-analyse, bijvoorbeeld bij het tellen van bepaalde elementen in een verzameling.

Voorbeelden (pseudocode): teller = 0; for i van 1 tot n: teller = teller + 1. Of: teller = 0; for item in data: if condition(item): teller = teller + 1. Een tellervariabele kan ook dienen als hulpmiddel bij het bepalen van de voortgang of als controle op het aantal verwerkte items.

Tellervariabele versus accumulator: een tellervariabele telt aantallen, terwijl een accumulator doorgaans een andere metriek bijhoudt zoals een som of gemiddelde. Soms kunnen tellers ook dienen als indices in arrays, maar ze geven geen waardeoverblik over de gemeten items zelf.

Veelvoorkomende valkuilen zijn off-by-one-fouten en overflow in talen met vaste integerbreedte.