referereert

Referereert is not a standard Dutch verb form. The correct spelling for the present tense third person singular of the verb refereren (to refer, to cite or to relate to) is refereert. The form referereert may appear as a typographical error or a common misspelling, since Dutch spelling typically uses refereert rather than referereert.

Refereren means to refer to something, to mention or to relate to, often in the context of sources, documents or statements. In academic and formal writing, refereren is used to indicate a citation, a connection to another work, or to point readers to related information. The term can also be used more generally to indicate directing attention to a person, place, or source.

Conjugation (present, past, and participle are shown for refereren):

- Infinitive: refereren

- Present: ik refereer, jij refereert, hij refereert, wij refereren, jullie refereren, zij refereren

- Past (imperfect): ik refereerde, jij refereerde, hij refereerde, wij refereerden, jullie refereerden, zij refereerden

- Perfect: ik heb gerefereerd, jij hebt gerefereerd, hij heeft gerefereerd, wij hebben gerefereerd, etc.

- Participle: gerefereerd

Common usage notes:

- Correct present tense third person singular: hij refereert, niet referereert.

- In Dutch, je zegt vaak “verwijzen naar” of “citeren,” afhankelijk van de context; refereren en refereert is vooral gericht op het verwijzen naar een bron of eerder werk.

- Etymologie: refereert is afgeleid van het Franse référer, via Latijn referre, met de nadruk op terugverwijzen naar een bron.