netwerkpakket

Een netwerkpakket is een gestructureerde eenheid data die over een computernetwerk wordt verzonden. Het vormt de basis van gegevensoverdracht op de netwerklaag en wordt doorgaans gecreëerd door de data van de transportlaag te encapsuleren in een netwerklaagbericht. Pakketten worden door routers en switches verder geleid van afzender naar ontvanger.

Een netwerkpakket bestaat doorgaans uit een koptekst (header) met adresinformatie en controlegegevens, gevolgd door de payload met de eigenlijke data. Op sommige lagen kan daarnaast een trailer met foutcontrole voorkomen. In het IP-pakket bevat de koptekst velden zoals versie, headerlengte, totale lengte, TTL, protocol en bron- en bestemmings-IP-adressen. De payload bevat meestal een transportlaag-bericht, bijvoorbeeld een TCP-segment of een UDP-bericht.

Verzending en routing: zodra een pakket de afzender verlaat, wordt het via een netwerk van routers en switches naar de bestemming geleid. Pakketten kunnen onderweg fragmenteren als de maximale transmissiegrootte (MTU) van een pad kleiner is; fragmenten worden uiteindelijk weer samengevoegd bij de eindbestemming. IP levert een best-effort service; betrouwbaarheid en volgorde worden doorgaans geregeld door hogere lagen zoals TCP, of door aanvullende mechanismen.

IPv4 en IPv6 zijn de belangrijkste versies van IP-pakketten. IPv6 biedt een grotere adresruimte en vereenvoudigde headers, wat routing kan vereenvoudigen. Beveiliging kan worden gerealiseerd met IPsec of via encryptie op hogere lagen, afhankelijk van de toepassing. In de meeste netwerken vormen netwerkpakketten de basis van communicatie, van webverkeer tot e-mail en videostreaming.