netwerkniveauindicatoren
Netwerkniveauindicatoren zijn meetbare kenmerken die de prestaties van een computernetwerk op netwerkniveau samenvatten. Ze geven inzicht in beschikbaarheid, prestaties en capaciteit en worden gebruikt door netwerkbeheerders, dienstverleners en IT-teams om de gezondheid van het netwerk te monitoren, storingen te detecteren, capaciteit te plannen en rapportages aan belanghebbenden op te stellen.
Veelvoorkomende netwerkniveauindicatoren zijn:
- Beschikbaarheid: de tijd dat het netwerk operationeel is, uitgedrukt als procent van de tijd.
- Latentie: de vertraging bij het verzenden van data, vaak gemeten als round-trip time.
- Jitter: variatie in latency tussen opeenvolgende pakketten.
- Verlies van pakketten: het percentage verzonden pakketten dat niet aankomt.
- Doorvoer of throughput: de effectieve hoeveelheid data die per tijdseenheid wordt verplaatst.
- Netwerkutilisatie: de mate waarin beschikbare capaciteit wordt gebruikt.
- Foutenpercentage: de snelheid van transmissie- en ontvangstfouten.
Indicatoren worden verzameld met netwerkbeheersoftware via SNMP, NetFlow/sFlow, syslog en actieve monitoringprobes. Synthetische tests, packet captures
Toepassingen van netwerkniveauindicatoren omvatten naleving van servicelevel agreements, capaciteitplanning en prestatie-optimalisatie. Ze vereisen duidelijke definities, tijdsvensters