Home

naamwoordloze

Naamwoordloze is een linguïstische term die in het Nederlands betekent “zonder naamwoord” of “zonder zelfstandig naamwoord”. Het adjectief wordt gebruikt om constructies te beschrijven die geen enkel zelfstandig naamwoord bevatten. In grammaticale analyses wordt naamwoordloze taal aangemerkt als zinsdelen of zinnen die functioneren zonder een nominale kern.

Toepassingsgebied en gebruik

Naamwoordloze bouwsels komen vooral voor in descriptieve grammatica en taalonderwijs. Ze kunnen verwijzen naar hele zinnen

Relatie tot andere begrippen

De term staat in contrast met naamwoordelijke constructies, waarbij een zelfstandig naamwoord of een naamwoordelijke groep

Zie ook

Naamwoord, Naamwoordelijk gezegde, Zinsdeel, Zin.

die
geen
onderwerp
of
object
met
een
zelfstandig
naamwoord
bevatten,
zoals
sommige
gebiedende
wijs-zinnen
of
tussenwerpsels.
Ook
zinsdelen
die
geen
nominale
kop
hebben,
zoals
bepaalde
bijwoordelijke
uitdrukkingen
of
werkwoordelijke
gezegden
zonder
nominale
voorzetting,
kunnen
als
naamwoordloos
worden
beschreven.
De
term
helpt
onderzoekers
en
studenten
onderscheid
te
maken
tussen
zinsdelen
met
en
zonder
een
nounphrase
als
kern.
een
centrale
rol
speelt
(bijvoorbeeld
bij
naamwoordelijk
gezegde).
“Naamwoordloos”
wordt
dus
vooral
gebruikt
om
te
markeren
dat
een
bepaald
deel
van
de
zin
of
de
hele
zin
geen
nominale
koppeling
bevat.
In
onderwijssituaties
worden
naamwoordloze
zinnen
en
zinsdelen
vaak
geanalyseerd
om
de
rol
van
werkwoorden,
bijwoorden
en
andere
delen
van
spraak
te
verduidelijken.