micrometerafmetingen

Micrometerafmetingen verwijzen naar lengtes die worden uitgedrukt in micrometers (μm). Een micrometer is een miljoenste meter (1 μm = 10^-6 m). Daarmee is 1 millimeter gelijk aan 1000 μm en 1 μm gelijk aan 1000 nanometer. Micrometerafmetingen komen voor in wetenschap en techniek waar dimensies klein genoeg zijn om in μm uit te drukken.

Voorbeelden van situaties met micrometerafmetingen zijn onder meer biologische cellen en bacteriën die meestal een paar μm groot zijn, de diameter van menselijke haren (ongeveer tientallen μm), en diktes van films of coatings die in de orde van tientallen μm liggen. In de micro- en nano‑fabricage komen veel kenmerken voor die in μm-niveaus liggen.

Meetinstrumenten voor micrometerafmetingen omvatten externe micrometers (schroefmikrometers) voor buitenafmetingen, interne micrometers voor binnenafmetingen en dieptemicrometers voor diepte. Moderne instrumenten hebben vaak digitale uitlezingen met een resolutie van circa 1 μm (0,001 mm); eenvoudige modellen bieden 0,01 mm (10 μm). Kalibratie met gauge blocks en een juiste nulstelling zijn essentieel, en meetfouten kunnen ontstaan door uitlijning, temperatuur en speling.

Toepassingen van micrometerafmetingen zijn onder meer inspectie in productie, biologie en medische technologie, coatingdiktes en micro‑electromechanische systemen (MEMS). Metingen in μm dragen bij aan traceerbaarheid van metingen aan het internationale SI-stelsel.