gasverwarming

Gasverwarming is het verwarmen van gebouwen en tapwater met aardgas of biogas via een gasgestookte cv-installatie. In woningen gebeurt dit meestal met een cv-ketel die warmte genereert die via een gesloten leidingsysteem naar radiatoren of vloerverwarming wordt gevoerd. Een combiketel levert daarnaast direct heet tapwater, waardoor geen aparte boiler nodig is. Moderne gasinstallaties zijn vaak condensend en kennen een hoog rendement; daarnaast bestaan er systeemketels die warmte opslaan in een voorraadvat.

Hoe het werkt: Een gasbrander verwarmt een waterstroom in een warmtewisselaar. Het verwarmde water circuleert door de centrale verwarming en geeft warmte af aan de ruimte via radiatoren of vloerverwarming. In combi-ketels verwarmt het water ook direct tapwater on demand. De rookgassen worden via een afvoer afgevoerd; bij condensketels wordt ook de waterdamp teruggewonnen, waardoor het rendement hoger is. Ketels kunnen als combinatie-installaties functioneren of als aparte systeemketels met een opslagvat.

Veiligheid, efficiëntie en onderhoud: Een gasinstallatie vereist periodiek onderhoud door een erkende installateur en voldoet aan nationale veiligheids- en bouwvoorschriften. Koolmonoxidemelders in huis en voldoende ventilatie zijn aanbevolen. Moderne ketels (HR-ketels) leveren een hoog rendement en moeten regelmatig worden gecontroleerd om optimale prestaties en veiligheid te waarborgen. Gasverwarming levert CO2-uitstoot en maakt deel uit van (fossiele-energie) beleid dat stimuleert minder gasverbruik of alternatieve verwarmingsoplossingen zoals warmtepompen.