tijdsinterval

Een tijdsinterval is een deel van de tijdlijn tussen twee instants. Het wordt gebruikt om een periode aan te geven waarin gebeurtenissen plaatsvinden of waarin een verschijnsel waarneembaar is. De duur van een tijdsinterval wordt meestal aangeduid met Δt en berekend als het verschil tussen het eindinstants en het begininstants: Δt = t2 − t1. In verschillende disciplines kan de betekenis van begin- en eindpunt verschillen, en kan men kiezen voor eindpunten die wel of niet worden meegerekend.

Notatie en betekenis: In formele contexten kan een tijdsinterval worden aangeduid met [t1, t2], (t1, t2), [t1, t2) of (t1, t2]. De keuze hangt af of het beginpunt en/of eindpunt als deel van het interval wordt beschouwd. In discrete tijd kan de duur ook worden uitgedrukt als t2 − t1 + 1, afhankelijk van of beide instants worden meegeteld.

Toepassingen: Tijdsintervallen worden gebruikt in planning en logistiek om perioden te plannen, in data-analyse om waarnemingen te groeperen, in experimenten en laboratoriummetingen om gebeurtenissen te kaderen, en in natuurkunde en informatica bij simulaties en signaalverwerking. Het begrip biedt een compacte manier om tijdvuldige gebeurtenissen en perioden te beschrijven zonder verdere detaillering over elk afzonderlijk moment.