Home

taalgemeenschappen

Taalgemeenschappen zijn groepen mensen die een gemeenschappelijke taal of een aanzienlijk taalrepertoire delen, waaronder dialecten en registers. De term beklemtoont taal als sociale praktijk en identiteitskenmerk, niet louter als grammatica. Een taalgemeenschap kan geografisch gebonden zijn aan een regio, of diasporisch, en kan bestaan uit monolinguele of meertalige groepen die zich identificeren met een bepaalde taal.

Belangrijkste kenmerken zijn een gedeelde taal, sociale instituties die de taal ondersteunen (scholen, media, verenigingen) en

Taalgemeenschappen raken aan taalbeleid, onderwijs en cultureel erfgoed. In de sociolinguïstiek worden ze onderzocht om taalvitaliteit,

een
gevoel
van
saamhorigheid
onder
sprekers.
Dynamieken
omvatten
taalbehoud
en
taalverschuiving:
gemeenschappen
proberen
de
taal
te
behouden
ondanks
druk
van
dominante
talen,
of
zien
verschuiving
wanneer
jongere
generaties
een
andere
taal
verkiezen.
variatie
en
identiteitsvorming
te
begrijpen.
Indicatoren
van
vitaliteit
zijn
onder
meer
intergenerationele
overdracht,
domeinspecifiek
taalgebruik
en
houding
ten
opzichte
van
de
taal.
De
term
onderstreept
taalkundige
diversiteit
en
taalrechten,
als
sociaal-linguïstisch
construct
gevormd
door
gebruik
en
groepsidentiteit.