kantelde
Kantelde is de verleden tijd van het Nederlandse werkwoord kantelen, wat onder meer betekent: (i) iets in een hoek of scheefstand brengen, of (ii) omvallen of kantelen. De infinitief is kantelen, het voltooid deelwoord is gekanteld en het is ook mogelijk het stamdeel kantel- te gebruiken in andere tijden en vormen. De vervoeging is over het algemeen regelmatig: ik kantel, jij kantelt, hij/zij/het kantelt, wij kantelen, jullie kantelen, zij kantelen; in de verleden tijd: ik kantelde, jij kantelde, hij kantelde, wij kantelden, jullie kantelden, zij kantelden; het voltooid deelwoord is gekanteld; het aanwijzend deelwoord is kantelend.
Kantelen heeft zowel een letterlijke als figuurlijke betekenis. Letterlijk kan een voertuig, brug of toren kantelen
Etymologisch is kantelen een ouder Nederlands woord dat verband houdt met het idee van draaien of kant